Vergeetmeniet
Visie
01.
Natuurlijk samen aan de slag
VERGEETMENIET – BIODIVERSITEIT IN DE TUIN, IN DE WIJK, IN DE GEMEENTE
Zijn we vergeten hoe onze tuinen eruitzagen voor intocht van het leger van motorisch tuingereedschap en chemische middelen? Niemand vertelde ons wat goed of slecht was voor de natuur, dus iedereen ging vrolijk aan de slag in zijn eigen tuin, en de gemeentes deden net zo hard mee. Wat tijd bespaarde en geen last had van groeiproblemen, won de race. Planten uit alle windstreken overspoelden de markt en verdrongen onze eigen bescheiden flora. Van prachtig gemanicuurde Engelse struiken en strakke steenwoestijnen tot felgroene plastic gazons en perfect gemillimeterde grasmatten – je ziet tegenwoordig van alles. Geen stofje, geen blaadje, geen takje meer te bekennen, alles keurig opgeruimd.
Maar, tot onze verbazing misten we ineens de hommels, de bijen, de vlinders, de vogels, de egels… en wanneer heeft iemand voor het laatst een eekhoorn in zijn tuin gezien? Langzaamaan zijn we vergeten dat we niet de enige levende wezens zijn die recht hebben op gezond eten en een fijn plekje om te wonen.
En nu? Kunnen we dit tij nog keren?
Ik denk van wel!
Hoe dan?
Wat kan ik nou doen om in mijn eentje de wereld te redden? We zijn niet alleen en samen zijn we sterker dan we denken! Achter de schermen van grote bedrijven en de gemeentes gebeurd al heel veel! Gemeentes zijn volop bezig met plannen om de biodiversiteit te bevorderen, en de actie ’tegelwippen’ heeft mooie resultaten opgeleverd. De hele tuinbranche is bezig met gifvrij, inheems en biodivers, alleen het kan niet alles in een keer gerealiseerd worden.
Als tuineigenaar heb je de keuze: er is altijd wel een mooie inheemse plant die tussen je aanplanting past. Maar niets moet!
Geen zin in planten of juist wel?
Geen zin in planten? Geen probleem! Vind je wat blaadjes in je tuin en je wil ze niet? Gooi ze niet in de kliko, maar leg ze onder de struiken van de gemeente, of vraag je buurman of hij ze kan gebruiken. Zo geef je een klein beest een warme plek om te overwinteren en een vogel voedsel. En vergeet de vogels niet! Ze vinden steeds minder voedsel. Met wat variatie in hun voeding en niet te veel ongezonde vetten help je ze de winter door. Simpel, toch?
Alleen denk erom, Pimpelmeesjes die in de winter veel voer krijgen willen blijven en maken misschien hun nestjes in jouw tuin. Alleen zonder voeding voor de kleintjes wordt het een dilemma. Zij hebben in het voorjaar maden nodig en zachte wormpjes. Met het gebruik van bestrijdingsmiddelen verdwijnen niet alleen onkruid en insecten. Ook de vogels die de vergiften insecten eten, gaan dood.
En de wilde bijen uit het bijenhotel dan? Als de jonge bijtjes uit komen, hebben ze nectar nodig van hun favoriete inheemse bloemen. Maar war zijn die?
https://wildi.nl/blog/inheemse-planten-voor-bijen
De egeltjes zijn dolblij met het extra voer! Let er alleen op dat ze droog kattenbrokjes met een hoge vleesaandeel krijgen en water, alles andere kan ziektes en parasieten bevorderen. Voor het overwinteren hebben ze takkenstapels en bladeren nodig. Dat kan een klein rommelhoekje onder de struiken zijn. Help de natuur een handje en denk bij de zorg voor je tuin ook even aan onze beestjes
Wil je de natuur een handje helpen in je eigen tuin? Misschien heb je zin om een hoekje vol te planten met inheemse soorten aan te leggen? Sluit je aan bij een van de vele Facebookgroepen waar mensen hun ervaringen delen, en vraag in het tuincentrum om advies. Zo komt het helemaal goed! Als je afgestorven bladeren in de borders brengt, werken ze niet alleen als een soort mulch, maar zijn ook schuilplek voor veel goede insecten. Die zorgen daarvoor dat de blaadjes de grond in komen en je planten en het bodemleven zullen er blij me zijn! En heb je ruimte voor een “Rommelhoekje” met takken en blaadjes, of bouw je een luxe egelhotel volgens de planning van de egelbescherming. Er zijn zo veel mogelijkheden!]
https://www.facebook.com/groups/natuurvriendelijketuin/?mibextid=K35XfP
https://www.facebook.com/profile.php?id=100061017416046
02.
Natuurlijk tuinieren in het verleden
Sommige fanatieke tuiniers vragen zich misschien af: wat is dit nu weer, biodiversiteit? Een modegril of een nieuw marketingidee? Misschien denk je dat de oorsprong van het ‘nette tuinieren’ ligt in de barokke parken van de Franse adel in de 17e eeuw. Denk aan formele architectuur, geometrische paden, strakke buxushagen, ronde struiken en perfect gemillimeterde gazons.
Alexandre Dumas beschrijft een dergelijk park, dat van de Graaf van Vallon, in het tweede deel van zijn Musketier-trilogie “Twintig jaar later” met de volgende woorden: “En toen beiden voldoende ontbeten hadden, maakten ze een wandeling door de prachtige tuin. Lanen van kastanjebomen en lindes omsloten een ruimte van ten minste 30 morgen. Rond de verwilderde struiken zag je konijnen rennen, die af en toe in het hoge gras verdwenen.” Hij schrijft prachtig? Het park was dus helemaal in lijn met de mode van die tijd.
En was het in het nette Duitsland tijdens de keizertijd anders? In 1893 schreef Wilhelm Busch in zijn essay “Over mijzelf” het volgende: “Wat weet ik nog uit mijn derde levensjaar? Knecht Heinrich maakte mooie fluiten voor mij en speelde zelf op de mondharp, en in de tuin stond het gras zo hoog als ikzelf, en de erwten waren nog hoger.”
In 1894 beschreef Rudyard Kipling (bekend van Jungle Book) de tuin van een Engelse koloniale ambtenaar in India: “De tuin was groot en slechts voor de helft beplant; er stonden gigantische rozenstruiken, waar je nauwelijks in twaalf stappen omheen kon lopen, en sinaasappel- en citroenbomen, die het hele jaar door vol zaten met bloemen en vruchten. In het andere, wilde deel van de tuin groeiden bamboe en dicht gras, tot wel manshoog.”
Hoe zag het er dan uit na de Tweede Wereldoorlog? In 1951 gaf Astrid Lindgren de volgende beschrijving in haar boek ‘Kalle Blomquist leeft gevaarlijk’: “Zeker stond aan de rand van de stad hier en daar een villa met een mooie, goed onderhouden tuin, maar dat waren uitzonderingen. De meeste tuinen, zoals die van de burgemeester, waren wild: met oude, knoestige appelbomen en verwilderde grasvelden die nooit werden gemaaid.”
In 1957 schreef Erich Kästner in zijn memoires ‘Toen ik een kleine jongen was’: “Vandaag heb ik eindelijk een voortuintje en achter het huis een grasveld. En rozen en viooltjes en tulpen en sneeuwklokjes en narcissen en boterbloemen en ereprijs en klokjesbloemen en vergeet-me-nietjes, en metershoog bloeiend gras dat door de zomerwind gestreeld wordt. En daarnaast heb ik nog vuilboompjes, vlierstruiken, twee hoge essen en een oude, halfdode els. Zelfs pimpelmezen, koolmezen, vinken, boomklevers, goudvinken, merels, bonte spechten en eksters heb ik. Soms zou ik mezelf wel kunnen benijden!” En dat alles in het chique stadsdeel Bogenhausen in München.
Mijn eigen herinneringen beginnen in 1966, en met de tuin zoals Kästner hem beschreef – met een paar aanvullingen, zoals wilde hagen met dicht struikgewas en volop ruimte voor dieren – staat me nog helder voor de geest. En de stilte… geen grasmaaiers, geen kantensnijders, geen bladblazers. Later maaide mijn vader elke zaterdag vol overgave het gras, een uur lang, in zijn eigen gedachten verzonken, achter de knetterende machine in een wolk van benzinedamp. Tuinieren werd steeds eenvoudiger: met frezen, Round-Up, E605… Zonder echt na te denken over de gevolgen zijn we zo het 21e eeuw binnengestapt.
03.
Natuurlijk beheer groen communiceren
NATUURLIJK SAMEN GROEN COMMUNICEREN MET GEMEENTES EN SCHOLEN
De gemeente heeft de planning voor het beheer groenvoorzieningen al een lange tijd van tevoren rond en de scholen weten wat hun leerplan vraagt. Wat als ze samen kijken naar de mogelijkheden om de biodiversiteit in de gemeente een podium te geven. Waar kan je mooier beginnen om nieuwe kennissen te verspreiden en door te geven aan volwassenen dan op school?
De jaarrond kalender van beide instanties zou naast elkaar gelegd kunnen worden om te kijken of er aanknooppunten zijn. En die zijn er zeker! Hoe leuk is het om schoolprojectjes ook met de plaatselijke media te delen. Een voorbeeld kalender kan je hier aanvragen. Heb je vragen of steun nodig, aarzel niet om contact op te nemen.
Er zijn mooie initiatieven, die leer- en informatiemiddelen ter beschikking stellen:
https://www.ivn.nl/afdeling/sudwesthoeke/
Ken jij nog meer? Stuur me een e-mail!
04.
Natuurlijk bomen en planten van hier
Je wil nieuwe bomen, struiken en bloemen planten, misschien zelfs een hele nieuwe tuin aanleggen? Natuurlijk wil het oog ook iets, maar misschien gun je de inheemse fauna een leefruimte met voldoende schuilplekken en voedsel? Dan is het zeker leuk, om ook hier even te kijken!
Hier heeft echt iemand moeite gedaan en een fantastische overzicht over inheemse bomen en heesters in het net gesteld. Je kan op de namen klikken en je komt bij de gegevens en alle informatie:
Inheemse bomen en heesters:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Lijst_van_inheemse_bomen_en_struiken_in_de_Benelux
Inheemse planten:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Lijst_van_wilde_planten_in_Nederland
Het Fryske Siedmingsel – Fan en foar Fryske grû n:
Voor het inzaaien van gebieden en bermen in de nabijheid van natuurgebieden wil It Fryske Gea het liefst zaden gebruiken die oorspronkelijk uit de omgeving komen. In een samenwerking tussen Cruydt-Hoeck en It Fryske Gea zijn er drie ecologisch passende zadenmengsels samengesteld. Voor die mengsels zijn zaden uit gebieden van It Fryske Gea geoogst, vermeerderd op de kwekerij van Cruydt-Hoeck, om nu weer beschikbaar te stellen voor zaaiprojecten nabij It Fryske Gea
05.
Natuurlijk tuinieren
NATUURLIJK TUINIEREN OF BIODIVERSITEIT IN DE TUIN
Natuur begint ook klein en groeit naar mooie creaties
Gelukkig zijn de belangrijkste punten voor het stimuleren van de biodiversiteit in een tuin van vroeger al lang bekend en moesten niet opnieuw uitgevonden worden, alleen was het de meeste mensen niet bewust, wat het verslechteren van de Biodiversiteit voor uitwerkingen heeft. Wat kan jij doen om de biodiversiteit in je wijk te verbeteren? Waar liggen de valkuilen en hoe kan je de tuin een ware biodiversiteitsboost geven?
Structuur en variatie in leefruimtes
De belangrijkste meerwaarde voor de biodiversiteit (dus vogels, insecten ed) in tuinen is de aanwezigheid van verschillende leefruimtes, die samen voor verticale en horizontale variatie zorgen en diersoorten voorzien van verschillende hulpbronnen zoals nestgelegenheid, voedsel en water. Hoe meer verschillende leefruimtes, hoe meer structuur, en dus hoe meer hulpbronnen een tuin kan bieden. De heggemus heeft een dichte haag nodig om te nesten, en een (bloemrijk) grasland om insecten te vangen voor hun jongen en zaadjes te vinden om de winter door te komen.
Het effect van variatie op het aantal vogelsoorten dat potentieel zijn levenscyclus kan volbrengen in een tuin. (Bron: Tuingids voor Blije Vogels. Natuurpunt. )
Je gaat voor een natuurlijke tuin met meer biodiversiteit, wat kan je doen?
https://biodiverszorggroen.be/bibliotheek-item/stappenplan-naar-een-biodiverse-tuin/
1. Vergroot je tuin door
– “Tegels wippen” (bijv.een deel van het terras of oprit)
– biodiverse elementen om te vormen (bv van gazon naar bloemenweide, van border met exoten naar (neo)inheemse border, etc.)
– gevels verticaal beplanten
– een groendak aan te leggen
kijk ook eens over de haag: de tuin is een deel van het omliggende landschap. Probeer verbinding te maken met andere tuinen of groene ruimtes in de buurt en vergroter daarmee de leefruimte van veel insecten en vogels.
2. Creëer diversiteit en gelaagdheid in structuur
– zorg voor zowel lage begroeiing, struiken én als het kan één of meerdere bomen of een waterelement
– bij de aanleg van een tuin: vertrek van reeds bestaande biodiversiteit – geen tabula rasa! Staan er al struiken of bomen, bekijk dan hoe je die kan integreren in je ontwerp
3. Bewaar en stimuleer milieukwaliteit
– gebruik geen pesticiden
– bemest niet (enkel daar waar nodig zoals bijvoorbeeld in de moestuin)
– bewaar variatie in milieucondities (nat naar droog, licht naar schaduw – met licht bedoelen we geen kunstlicht, maar een plek zonder schaduw van bv bomen)
– Wees voorzichtig met het plaatsen van verlichting in je tuin. Het verstoort de nachtelijkebiodiversiteit. Als nodig rood licht gebruiken of bewegingsmelder.
4. Zet de juiste plant op de juiste plaats, dan heeft die het minste zorg en beheer nodig.
– zorg voor een diversiteit aan plantensoorten (als “basislaag” voor het ecosysteem)
– kies voor (neo)inheemse soorten of goede cultivars van (neo)inheemse soorten
– heb aandacht voor waardplanten van insectensoorten
– kijk door de ogen van dieren die in je tuin vertoeven, en vermijd zo ecologische vallen
Plantensoorten die in de omgeving onder druk staan kunnen vaak een duwtje in de rug gebruiken, maar het aanplanten van echt zeldzame plantensoorten is in de meeste tuinen niet realistisch
5. Sommige biotopen in de tuin hebben beheer nodig, andere laat je best met rust
– een struweel en een bosbiotoop laat je best zoveel mogelijk met rust
– een (biodivers) gazon, een bloemrijk graslandje (bloemenweide) en een plantenborder hebben wel wat beheer nodig. Ook in de natuur hebben graslanden en heide menselijk of dierlijk (vb. door grazers) beheer nodig om te kunnen blijven bestaan
6. Tijd brengt biodiversiteit
Biotopen hebben tijd nodig om zich te ontwikkelen – wees dus geduldig en laat de natuur ook voldoende met rust, zo geef je de kans aan de geassocieerde biodiversiteit om ongestoord langs te komen en zich te vestigen.
NATUURLIJK TUINIEREN IN DE HERFST
6x DOES en 3x LATEN in de herfst (van Sprinklr)
1. Nieuwe planten planten
Het najaar wordt ook wel Het Vergeten Tuinseizoen genoemd. Het is een goed moment om nieuwe planten in de grond te zettenIn het najaar is de bodem nog lekker warm, en dat is heerlijk voor verhuizende wortels.
2. Zet ook wat inheemse planten en heesters neer!
Wil je dat je tuin niet alleen bijdraagt aan jouw directe plezier maar ook goed is voor de biodiversiteit (inclusief het bodemleven)? Zorg dan ook voor wat inheemse planten in je tuin.
Het najaar is een goede tijd om heesters en bomen als wortelgoed te planten.
3. Planten verplaatsen
Omdat die bodem zo lekker warm is, zijn oktober en de eerste helft november uitstekend om verhuizingen binnen je eigen tuin te doen. Werd een plant toch te hoog in die hoek en komt ‘ie beter uit op een andere plek: verhuizen die boel.
4. Uitgebloeide bloemen van herfstbloeiers wegknippen
Het blijft steeds langer warm, de winters worden zachter, en dat betekent dat herfstbloeiers ook steeds langer door kunnen bloeien. Dus blijf die dorre bloemen van de planten die door kunnen bloeien wegknippen. Knip uitgebloeide herfstbloeiers weg om de bloei te verlengen.
Dit geldt bijvoorbeeld voor Herfstasters, Herfstanemonen, laat bloeiend Zonnekruid (Helenium, op de foto), Muurfijnstraal (Erigeron) en Duifkruid (Scabiosa).
5. Planten scheuren
Het moment dat de planten in rust gaan, meestal in november, is een prima moment om planten te vermeerderen door ze te scheuren. Geschikt voor scheuren zijn vrijwel alle vaste planten die in een pol groeien. Onder meer:
Siergrassen
Salvia’s
Asters
Nepeta (Kattenkruid)
Pachysandra (Dikkemanskruid)
Astilbes
Let op: om te scheuren moet een plant al wat ouder zijn, en minstens een vol kalenderjaar in je tuin hebben kunnen groeien. Er moet wel wat te scheuren zijn ten slotte. Hier lees je uitgebreidere instructies hoe te scheuren.
6. Bloembollen planten
Voorjaarsbollen planten, natuurlijk! Tot begin december kunnen de voorjaarsbollen de grond in. Liever doe je het iets eerder, maar tot begin december komt het goed.
3 x Laten ⛔️
1. Haal dorre bloemen van uitgebloeide types niet weg
Uitgebloeide bloemen kunnen prachtig zijn! En anders hartstikke lekker voor spinnetjes en allerlei ander gespuis om in te huizen. Voor het leven in je tuin is het heerlijk, die uitgebloeide bloemen. Laat uitgebloeide types staan voor gespuis, en een mooi winterbeeld
2. Ruim niet grondig op!
De natuur houdt van rommel! Allerlei gespuis, maar ook vogels en egels en kikkers hebben plekjes nodig om te schuilen. Dus zorg op z’n minst voor één lekkere rommelplek in de tuin waar van alles en nog wat de winter veilig door kan komen.
Word jij niet zenuwachtig/onrustig/gegeneerd van rommel van natuurlijk materiaal in je tuin: laat dan op meer plekken in je tuin de boel de boel. Bergjes snoeimateriaal, takken, stukken boom, bladeren… heerlijk!
3. Laat afgevallen blad lekker liggen
Heb je gras of tegels waar blad op valt? Verspreid dat dan door je borders. Vallend blad is een natuurlijke mulch, beschermingsmiddel tegen vorst die later komt.
Prima om dat dus in je borders te laten liggen en pas in het voorjaar op te ruimen. Beter voor het bodemleven, beter voor de wortels van je plant. En fijn voor al het leven in je tuin!
Laat het afgevallen blad lekker liggen, ook fijn voor de egel!
NATUURLIJK TUINIEREN IN HET VOORJAAR
Let goed op je rug en vergeet niet af en toe even rechtop te staan tijdens je verwondering over het nieuwe voorjaarsgroen. Nadat je in september hebt gezaaid en het najaar vaste planten hebt geplant die beloven iets sneller te groeien, zal het groene leven in je tuin zich voorspoedig ontwikkelen. Iedere keer is het weer een verrassing wanneer iets boven de grond komt! Heb je het geplant, gezaaid of is het aangewaaid? En weet je nog wat je alles hebt gezaaid en geplant? Waarschijnlijk heb je in je enthousiasme meer geplant dan de beschikbare vierkante meters toelaten. Dan is het tijd om inheemse tuin-vrienden te vinden om wat van je planten te ruilen of weg te geven. Ook zul je merken dat er insecten op je nieuwe planten afkomen die je nog nooit eerder hebt gezien, er zijn leuke apps voor je telefoon om kennis te maken! De natuur vindt altijd bijzondere manieren om beestjes en hun waardplanten samen te brengen. Het voorjaar wordt dus een drukke, maar leuke tijd om van te genieten! 😉
06.
Natuurlijk mens en communicatie
Dit geldt ook voor de mens. Vergeten we niet iets? De mensen op de werkvloer, de afdelingshoofden, de CEO’s — iedereen werkt acht uur per dag, velen veertig jaar lang. De druk is hoog, de klok tikt door, en het hart lijkt stil te staan. Onze meest energieke uren van de dag besteden we aan werk — helaas velen met weinig voldoening.
In vroeger tijden was de mens een jager; het behalen van succes, samen met de groep, was essentieel om te overleven. Voedsel, complimenten, en verhalen bij thuiskomst waren de beloning. Tegenwoordig zien mensen soms het nut van hun werk niet eens meer in. Ze voelen zich niet gehoord, en zijn vaak vooral moe. De energie die we ooit uit ons werk haalden, lijkt opgedroogd.
Wat is het gevolg? Een werkcultuur waarin velen zich vervreemd voelen van hun eigen kracht en creativiteit. Er ontbreekt de ruimte voor enthousiasme, eigenzinnigheid, en nieuwe ideeën. Er zijn geen verhalen meer over gemeenschappelijke successen, geen momenten om samen te reflecteren op wat we hebben bereikt. Mensen staan er vaak alleen voor, met een gevoel van leegte dat ze mee naar huis nemen. Dit is niet alleen een gemiste kans, maar het betekent ook dat we de kracht van menselijke verbinding uit het oog verliezen. Want een tevreden, betrokken medewerker is de beste ambassadeur voor de organisatie, en draagt bij aan zowel klanttevredenheid als het aantrekken van nieuw talent!
In ons fanatieke streven, gedreven door angst, concurrentie en cijfers, zijn we het belang van onderlinge steun en samenwerking volledig vergeten. Maar kan het tij nog keren? Ik geloof van wel — als we ons samen inzetten voor echte menselijkheid op de werkvloer. Wanneer leidinggevenden en collega’s begrijpen dat je misschien sneller gaat als je het alleen doet, maar verder komt wanneer je samenwerkt, kunnen we veel bereiken. Het draait om meer dan cijfers; het gaat om het creëren van een cultuur waarin iedereen zich gehoord voelt en samen streeft naar verbetering. Laten we elkaar inspireren, samen brainstormen en gezamenlijk groeien. Ik geloof in de kracht van de mens; iedereen kan bijdragen!
En hoe zit het met de communicatie naar buiten? Ook in de interactie met klanten wordt vaak de echte menselijkheid vergeten. De klok tikt, en de omzet per klant bepaalt de tijd die we aan hen mogen besteden. Maar is dat werkelijk de juiste benadering? Is niet juist de kleine, tevreden klant de beste reclame die we kunnen hebben?
Positieve communicatie kan niet worden verwacht van medewerkers die zich onzeker voelen, die twijfelen of ze wel genoeg doen of goed genoeg zijn. Ook hier is het belangrijk dat we als team aandacht voor elkaar hebben, elkaar steunen en samen groeien.
Een warm welkom door een tevreden medewerker doet wonderen. Een simpele vraag als “Heeft u vragen? Ik ben er als u me nodig heeft” en soms een stukje oogcontact, kunnen een wereld van verschil maken. Het is een krachtig spel om een glimlach te oogsten met een glimlach. Dit soort gedragingen kunnen niet in een functieomschrijving worden opgelegd; ze worden verdiend door goed leiderschap en oprechte aandacht voor elkaar.
More Services
We Use Plants to Bring Life
- Roof Garden
- Fruits & Flowers
- Landscaping
- Lawn Care
- Rubbish Removal
- Kitchen Garden
- Pest & Weeds Control
- Soil Preparing
- Maintenance Services
